zaterdag 16 februari 2008

Elf schilderijen in Mortsels stadhuis tonen "andere" Hugo Heyens


(Zelfportret Hugo Heyens)

Maandagavond 11 sprokkelmaand - volkser en mooier dan het Latijnse "februari"! - was ik in het stadhuis (...) van mijn eigen "geboortedorp" Mortsel, destijds een "schone" gemeente, waar ik opgroeide als kind, adolescent en flamingant en waar ik, al was ik van "het dorp", de familie Van der Hallen, met name dan de tak van Oscar, jongere broer van Ernest, in de Dieseghem-wijk leerde kennen. Aan deze loot van de Van der Hallen-stam ontsproten twee zonen, de begaafde kunstschilder Wouter en Dirk, beiden overleden, en vijf dochters, Leentje, Katelijne, Teresa, Begga en Kristien, die in de jaren 1950, '60 en '70 dé bekoorlijkste schoonheden waren van heel Mortsel en op wie wij, stoere jongemannen in blauwe KSA-uniformen van de Sint-Lodewijksbond aldaar, hopeloos maar vergeefs verliefd werden.

Ook daar valt een boek over te schrijven, maar mij was het vorige maandag te doen om kunstschilder en tekenaar Hugo Heyens, echtgenoot van dichteres Katelijne van der Hallen. Reeds op 19 juni 2007 schonken Hugo's weduwe, in overleg met haar kinderen, elf schilderijen aan de stad Mortsel, voor een gezamenlijke verzekeringswaarde van 34.500 euro.- Mijn lieve vriend "
Den Hug" was één der grootsten van de talrijke Mortselse artiestenbent. Al koos hij zelf, de feestelijke mens (!), in zijn slopende zwaarmoedigheid als 45-jarige in 1987, voor zijn levenseinde, zijn talrijke schilderijen en tekeningen -die ten dele in de artistieke en romantische geesteswereld van de Vlaamsgezinde en katholieke Van der Hallen-stam een voedingsbodem vonden- behoren tot het pure kruim van de Vlaamse religieuze en laat-expressionistische kunst! Dat heeft o.a. ook Anton van Wilderode -voor wiens Horatius-vertaling "Liederen uit mijn landhuis" Hugo fijne illustraties maakte, gezegd.

Naar aanleiding van de twintigste verjaardag van Hugo's overlijden vond eind vorig jaar in het Mortselse stadhuis een uitgebreide tentoonstelling plaats van zijn tekeningen. Die hebben daar zopas een plaats gekregen in de "
kabinetten-gang" op de begane grond. Enkele familieleden en vrienden woonden de overhandiging van de schilderijen in deze kunst-gang bij. De jeugdige cultuurschepen Peter Hardy -kleinzoon van literatuurcriticus Paul Hardy- dankte de familie en schonk aan Katelijne zowaar een ere-medaille van...Bert Anciaux, van wie nog altijd wordt verwacht dat hij voor...cultuur instaat. Op de medaille stond niet de naam Hugo Heyens, maar wel... Bert Anciaux!

Keuze, aard en stijl van deze schilderijen werden deskundig en voorbeeldig toegelicht door kunsthistoricus Paul Verbraeken. Hij wees er op dat de elf doeken in het stadhuis een "
andere" Heyens tonen dan de vele werken, die de zwaarmoedige pessimist, de wanhopige mens, de eenzame artiest laten zien. Vormgeving, stijl en kleuren van deze elf werken tonen een geheel eigen visie. Er zijn de fraaie naakten, de ongewone portretten, de beelden van eigen tuin én, apart, in het kabinet van de schepen: de wat droefgeestige gestalte van de beste vriend ten huize Heyens-Van der Hallen: de "vederlichte danser" en choreograaf Heiko Kolt, in Warschau geboren uit een Estse moeder en een Russische vader. De bewonderende observator haalt het in deze werken van de pessimistische, tragische kunstenaar van de wereld als knekelhoop van beenderen en doodskoppen. Uiteindelijk werd Heyens' tragische afkeer van onze materialistische, ongelovig geworden en zielloze wereld de sterkste drijfveer voor veel werken.

Wie dit zeldzame werk wil bekijken dient even het stadhuis van Mortsel, aan de Liersesteenweg, tegenover het station van Mortsel- Oude God binnen te stappen.

Geen opmerkingen:

Borms Van Severen Van Wilderode Verschaeve Dietsland